Apple heeft maandag de verkoop in Turkije hervat met een forse prijsverhoging nadat het bedrijf de verkoop vorige week tijdelijk had stilgelegd na een valutacrash in het land, meldde de site Mac Observer.
De lokale prijzen zijn met 25 procent verhoogd om de devaluatie van de Turkse lira ten opzichte van de Amerikaanse dollar te weerspiegelen, aldus de site, die opmerkte dat tenzij de lira stabiliseert, Apple naar verwachting de prijzen nog verder zal opdrijven.
Het bedrijf schortte de verkoop afgelopen dinsdag op, toen de lira een historisch dieptepunt bereikte ten opzichte van de dollar en meer dan 15 procent daalde nadat president Recep Tayyip Erdoğan recente renteverlagingen had verdedigd en had gezworen zijn “economische onafhankelijkheidsoorlog” te winnen.
De munt is het afgelopen jaar met 42 procent gedaald ten opzichte van de dollar nu Erdoğan zijn onorthodoxe beheer van de economie verder doorvoert.
Apple heeft de prijzen van apparaten als de MacBook Air, de 14-inch MacBook Pro en de nieuwe iPad mini met 2.958 lira (ongeveer $ 239) verhoogd, aldus de site, terwijl de 16-inch MacBook Pro in het middensegment een prijsstijging van 6.500 lira (ongeveer $ 504) heeft gekregen.
Wat is er precies aan de hand?
De grote vraag is natuurlijk: waarom was Apple gestopt met de verkoop van zijn producten?
Dat heeft alles te maken met de economische problemen waar Turkije op dit moment mee te maken heeft.
De Turkse Lira was enkele dagen geleden nog eens 10% minder waard geworden. Dit nadat de munteenheid het afgelopen jaar, vergeleken met de Amerikaanse dollar, al 45% daalde.
De problemen hebben te maken met het feit dat de Turkse President Erdogan de rentetarieven laag wil houden.
Volgens de AKP-leider zorgt dit namelijk voor een lage inflatie en uiteindelijk tot een toename in de werkgelegenheid en investeringen.
Het resultaat is overigens een grote onzekerheid op gebied van waarde van de Lira.
Iets dat voor Apple dusdanige problemen oplevert.
Bron: Turkse media