De kans dat Turkse academici naar het buitenland verhuizen is sinds 2015 toegenomen volgens het nieuwe “brain drain” rapport van de Turkse Informatica Stichting (TBV).
Volgens het rapport worden er weliswaar aanzienlijke middelen uitgetrokken voor het hoger onderwijs, maar worden deze middelen niet efficiënt gebruikt en leiden ze niet tot wetenschappelijke output.
De Turkse Informatica Stichting (TBV) heeft het rapport “Turkey Academic Diaspora Report: From Brain Drain to Brain Power” om de problemen te belichten die Turkse academici ondervinden en de redenen die hen ertoe aanzetten naar het buitenland te verhuizen.
Volgens het rapport is het aantal onderzoekers per hoofd van de bevolking in Turkije vanaf de jaren 1970 tot 2015 sterk gestegen.
Na 2015 keerde deze stijging en begon een daling. De kans dat onderzoekers Turkije verlaten, die sinds de jaren 2000 vlak (of gedeeltelijk dalend) was, nam na 2015 aanzienlijk toe.
Uit het rapport blijkt dat Turkije een braindrain kent, waarbij de meest productieve onderzoekers waarschijnlijk naar het buitenland vertrekken.
Het land ervaart echter ook een omgekeerde braindrain, aangezien minder productieve Turkse onderzoekers eerder geneigd zijn naar het land terug te keren.
Dit betekent dat Turkije zijn toptalenten verliest en minder goed presterende onderzoekers terugkrijgt, aldus het rapport.
Uit de gegevens van de OESO blijkt dat Turkije slecht scoort wat betreft wetenschappelijke publicaties per hoofd van de bevolking.
Als het gaat om het aandeel van het nationaal inkomen dat door de overheid aan hoger onderwijs wordt besteed, ligt Turkije echter voor op veel andere landen.
Dit wijst erop dat in Turkije een aanzienlijke hoeveelheid middelen aan het hoger onderwijs wordt besteed. Deze middelen worden echter niet omgezet in wetenschappelijke output als gevolg van het ondoeltreffende gebruik ervan.
Uit de OESO-gegevens blijkt ook dat de overheidsuitgaven van Turkije voor lager, middelbaar en hoger onderwijs tot de laagste behoren in vergelijking met andere landen.
De particuliere uitgaven van huishoudens voor onderwijs behoren echter tot de hoogste. Dit betekent dat jongeren met rijkere ouders een betere opleiding krijgen, terwijl getalenteerde onderzoekskandidaten die in arme gezinnen worden geboren, moeite kunnen hebben om een passende opleiding te krijgen.
De regerende Partij voor Rechtvaardigheid en Ontwikkeling (AKP) heeft de druk op de wetenschappelijke gemeenschap in Turkije opgevoerd, vooral na de couppoging van 2016.
Tientallen academici zijn met nachtelijke presidentiële decreten onder noodtoestand uit hun functie ontheven.
Bron: Turkse media