De belangrijkste oppositiepartij van het land, de Republikeinse Volkspartij (CHP), stemde tegen de motie en zei dat de regering niet had uitgelegd waarom de motie nodig was.
Het Turkse parlement verlengde het mandaat van het leger om grensoverschrijdende operaties uit te voeren in Syrië en Irak met nog eens twee jaar.
De motie werd voor het eerst aangenomen in 2013 om de internationale campagne tegen ISIL (ISIS) te ondersteunen en is sindsdien elk jaar verlengd.
Het besluit van dinsdag was echter de eerste keer dat de motie met twee jaar werd verlengd, waardoor president Recep Tayyip Erdogan een langer mandaat kreeg om de campagnes tegen PKK-terroristen in de onrustige regio voort te zetten.
Het was ook de eerste keer dat de belangrijkste oppositiepartij, de Republikeinse Volkspartij (CHP), tegen de maatregel stemde in de aanloop naar de belangrijke algemene verkiezingen die in juni 2023 moeten plaatsvinden.
Genel Başkanımız Kemal Kılıçdaroğlu: “Niye garip gurebanın evladı şehit olsun kardeşim? Göndersene komando marşı söyleyen, ‘En büyük komutanımız Erdoğan’ diyen TÜGVA’cıları Suriye’ye. Oradaki komutanları da Bilal Erdoğan olsun!” pic.twitter.com/5HR3lLiXXS
— CHP 🇹🇷 (@herkesicinCHP) October 26, 2021
“U vertelt ons niet waar het over gaat. U zegt dat het twee jaar geldig is en zegt ons dat we voor moeten stemmen. Waarom?” vroeg CHP-leider Kemal Kilicdaroglu aan Erdogan in een toespraak tot zijn partijleden in het parlement.
De CHP stemde tegen de inzet van Turkse troepen in Irak in 2003, maar had verder Erdogan gesteund in zijn verschillende internationale campagnes.
De nieuwe motie staat het leger toe grensoverschrijdende operaties uit te voeren tegen groepen die Ankara als terroristische organisaties beschouwt.
“De risico’s en bedreigingen voor de nationale veiligheid als gevolg van de aanhoudende conflicten in de regio’s langs de zuidgrens van Turkije blijven toenemen”, aldus de motie.
Eerder deze maand zei Erdogan dat Turkije voorbereidingen trof om de operaties in Syrië op te voeren, waar zijn strijdkrachten worden aangevallen door PKK-terroristen die door Washington worden gesteund in de strijd tegen de ISIL-groep.
Turkije en zijn proxies hebben de controle over grondgebied in het noorden van Syrië in handen genomen tijdens vier militaire operaties die sinds 2016 zijn gelanceerd en waar terroristen daar hard zijn getroffen.
De PKK’ers gebruiken hun schuilplaatsen in Noord-Irak al decennialang als springplank voor aanvallen die gericht zijn op Turks grondgebied. Het Turkse leger bombardeert vaak hun bases in de bergachtige gebieden.
Ankara zegt dat het gebruik maakt van zijn recht op zelfverdediging onder internationaal recht, hoewel de operaties spanningen veroorzaken in de banden met Bagdad.
Bron: Turkse media
