Een stel uit Rotterdam dat sociale bijstand ontving, blijkt in Turkije eigenaar te zijn van huizen, een boomgaard en een stuk land. Hun uitkering werd deels stopgezet en het stel kreeg een taakstraf.
Het Turkse echtpaar, S.E. (41) en V.E. (45), ontving al meer dan zeven jaar bijstand. De gemeente ontdekte in 2023 dat ze twee huizen en land bezaten, hoewel ze dit niet hadden opgegeven. Het stel beweerde dat ze niet wisten dat de eigendommen op hun naam stonden.
De rechter vond hen echter schuldig en legde een taakstraf van 100 uur op, waarvan de helft voorwaardelijk. Hun uitkering werd ingehouden, en de maandelijkse betalingen zijn aanzienlijk verminderd.
In 2016 hadden S.E. en V.E. bijstand aangevraagd en verklaard geen bezittingen te hebben, noch in Nederland, noch in het buitenland.
Toch bleek later dat ze waardevolle eigendommen hadden in een klein Turks dorp, 250 kilometer van Ankara.
Dit leidde tot een terugvordering van onterecht ontvangen bijstand, ter waarde van ongeveer 92.000 euro.
Tijdens de rechtszaak verklaarde V.E. dat hij niet wist dat de eigendommen op zijn naam stonden, omdat hij na het overlijden van zijn vader in 2019 zijn broers had gemachtigd.
Hij zei geen weet te hebben van de handelingen die namens hem zijn uitgevoerd. S.E. gaf aan dat zij slechts op verzoek van haar echtgenoot documenten had ondertekend en niets wist van de bezittingen.
De aanklager vond hun verklaring ongeloofwaardig, omdat de eigendommen sinds 2011 op hun naam stonden. Hij eiste een taakstraf van 180 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden voor beiden.
De rechter hield rekening met de financiële terugvordering als gedeeltelijke straf, maar verklaarde het stel toch schuldig en legde een taakstraf van 100 uur op, waarvan de helft voorwaardelijk.
Bron: SH
