De Turkse regering heeft de voorwaarden voor buitenlanders om het Turkse staatsburgerschap te verwerven gewijzigd.
Volgens de nieuwe verordening, die op 6 januari in de Staatscourant is gepubliceerd, moet men ten minste 500.000 dollar investeren of een onroerend goed ter waarde van 250.000 dollar of meer kopen om het Turkse staatsburgerschap door middel van investeringen te verkrijgen.
De verordening bepaalt ook dat het geld minstens drie jaar in het land moet blijven.
Turkije kondigde op 6 januari in de officiële krant van de regering aan dat men voortaan buitenlandse valuta, geen Turkse lira, in het land moet investeren om het Turkse staatsburgerschap te verkrijgen.
Om een Turks paspoort te krijgen, moet men nu minstens 500.000 dollar in het land investeren of een onroerend goed kopen met een waarde van meer dan 250.000 dollar.
Vroeger kon men, om het Turkse staatsburgerschap te verkrijgen door te investeren, investeren in vreemde valuta of het equivalent daarvan in Turkse lira.
Indien men voor een bepaalde termijn investeerde, onroerend goed aankocht of voor een bepaalde periode effecten bij een Turkse bank bewaarde, kon men het Turkse staatsburgerschap verkrijgen.
Nu is de uitdrukking “Turkse lira” echter uit de nieuwe verordening geschrapt. De buitenlandse valuta die wordt verkregen uit de verkoop van onroerend goed aan buitenlanders zal via een lokale bank aan de Centrale Bank worden verkocht en in Turkse lira worden omgezet.
Dit besluit komt er terwijl Turkije een economische crisis doormaakt en de reserves van de Centrale Bank uitgeput raken.
Volgens Reuters stonden de reserves van de centrale bank een week geleden op het laagste peil sinds 2002.
Ondanks de nieuwe eis is de monetaire waarde van de vereiste investering niet veranderd.
Volgens een bijlage bij de aankondiging zal de buitenlandse valuta bij Turkse banken worden gestort en in Turkse lira in het land moeten worden aangehouden. Het geld moet ten minste drie jaar in het land blijven.
Bron: Turkse media