Het spontane verzet van het Turkse volk na de mislukte staatsgreep in 2016 is een recent sociologisch fenomeen dat het Westen niet begrijpt.
Dat vindt presidentieel woordvoerder Ibrahim Kalın. Op 14 juli sprak hij daarover met TRT World. Volgens hem was de mislukte staatsgreep de eerste keer dat gewone mensen opstonden om de democratie en de rechtsstaat te beschermen.
In Turkije hebben in de geschiedenis verschillende staatsgrepen plaatsgevonden waarbij dat niet gebeurde.
“Dat dit in 2016 wel gebeurde, bewijst dat het volk veel vertrouwen had in de president en de regering. Daarom is het teleurstellend om te zien hoe westerse leiders reageerden op de bloedige poging een democratisch verkozen regering omver te werpen.”
Volgens Kalın hebben de gebeurtenissen die 15de juli ook bijgedragen aan een nieuw besef over de bedreigingen voor de Turkse nationale veiligheid.
“Elke regering die te maken heeft met een dergelijke ernstige situatie, zal er alles aan doen om zichzelf tegen deze terroristische dreiging te wapenen. Het is teleurstellend dat Westerse overheden liever kritiek uitten op de manier waarop wij de FETÖ aanpakten, dan ons hielpen de terroristen te vatten.
Wanneer overheden toch maatregelen nemen, worden zij geprezen omdat zij dat doen uit noodzaak. De Turkse president, de Turkse regering en verschillende politieke partijen, hebben actie ondernomen tegen de mensen die ons parlement bombardeerden en onze president probeerden te vermoorden.
FETÖ is diep kunnen infiltreren in publieke organisaties. Volgens Kalın zijn er in Europa groepen geweest die dat geprobeerd hebben, maar had geen enkele daarvan zoveel succes als in Turkije.
“Leden van FETÖ dachten dat ze hun wil konden opleggen aan een democratisch verkozen regering. Zij meenden dat zij dienaren van het volk zo ver konden krijgen om het land niet meer te dienen. Bovendien was het hun enige doel om hun eigen perverse agenda door te drukken. We hebben dit proberen uit te leggen.
Sommige politieke partijen beweerden dat de overheid alleen haar overdreven maatregelen probeerden te rechtvaardigen. Door dit standpunt in te nemen hebben ze al dan niet gewild de kant gekozen van de FETÖ.
Precies 4 jaar na de mislukte staatsgreep begrijpen de VS, enkele NAVO-bondgenoten en Europese landen de ernst van de gebeurtenissen niet. Ze begrijpen niet waarom wij de maatregelen genomen hebben die we genomen hebben.
Daardoor kunnen aanhangers van de FETÖ in het Westen zichzelf nog gemakkelijk voorstellen als een vreedzame religieuze organisatie die zich bezig houdt met liefdadigheid en onderwijs. FETÖ heeft wel degelijk Turkse wetten overtreden. Het kan toch ook niet dat we aanhangers van DAESH of al-Qaeda dulden omdat zij in ons land geen wet hebben overtreden.”
Fetullah Gülen, leider van de FETÖ, verblijft op dit moment nog in de VS. Dat land wil hem voorlopig nog niet uitleveren. Volgens Kalın zorgt deze houding ervoor dat FETÖ-aanhangers de VS als veilige haven beschouwen. Ook denkt hij dat de FETÖ smeercampagnes voert om de relaties tussen Turkije en de VS te doen verzuren.