De hoofdprocureur in Istanbul heeft op 1 december een arrestatiebevel uitgevaardigd voor Graham Fuller, de voormalige vicevoorzitter van de National Intelligence Council van de CIA, voor zijn vermoedelijke betrokkenheid bij de couppoging van juli 2016.
Het arrestatiebevel beweert dat Fuller in Turkije was tijdens de putschpoging op 15 juli 2016 en het land verliet na de mislukking van de gepoogde militaire overname.
Het bevel beschuldigt Fuller van “het trachten de overheid van de Republiek van Turkije omver te werpen en het belemmeren van de verplichtingen van de Republiek van Turkije,” “het verkrijgen van staatsinformatie die geheim moet blijven voor politieke en militaire spionagedoeleinden,” en “het trachten de grondwettelijke orde omver te werpen.”
Het verklaart ook dat Fuller in contact stond met de Amerikaanse academicus Henri Barkey, die eerder ook het onderwerp vormde van een arrestatiebevel in Turkije, evenals met andere figuren die een rol speelden in couppoging.
Op het eiland Büyükada
Barkey wordt beschuldigd door procureurs van het organiseren en coördineren van de couppoging in een meeting op het eiland Büyükada in Istanbul tussen 15 en 16 juli 2016.
Procureurs claimen ook dat Fuller deelnam aan deze meeting.
Het arrestatiebevel komt er nadat de notoire Russische strateeg Alexander Dugin tijdens een televisie-uitzending in Turkije claimde dat zowel Barkey als Fuller de meeting op Büyükada hadden bijgewoond. Dugin verklaarde ook dat Russische inlichtingendiensten “concreet bewijs in bezit hebben dat CIA-agenten achter de gefaalde couppoging zaten”.
Fuller schreef in 2006 een brief waarin hij de aanvraag van Fethullah Gulen, die door Turkije beschouwd wordt als het brein achter de coup, voor een groene kaart of anders gezegd een permanente verblijfsvergunning steunde.