Honderd jaar geleden sloten Groot-Brittannië en Frankrijk in volle Eerste Wereldoorlog het geheime Sykes-Picotverdrag. Dat verdeelde het Midden-Oosten in Europese invloedssferen. De belangen van de Arabische opstandelingen die aan de kant van de Geallieerden vochten, werden zo van tafel geveegd.

In Afrika was het tekenen van grenzen met enkel Europese koloniale belangen als richtlijn al schering en inslag in de 19e eeuw. In 1916 zou dat trucje ook worden toegepast op het Arabische Midden-Oosten dat toen al vijf eeuwen onder Turks-Ottomaanse controle stond.

Dat Ottomaanse rijk had de kant van Duitsland en Oostenrijk-Hongarije gekozen en een “heilige oorlog” uitgeroepen tegen de Geallieerden. Omdat de Turkse sultan ook de kalief of leider van de soennitische islam was, vreesde het Brits-Indische rijk voor onrust bij de moslimminderheid daar en voor de controle over Egypte en het Suezkanaal, de slagader tussen Europa en India. Bovendien liepen Britse offensieven tegen de zeestraten bij Gallipolli nabij Istanbul (Constantinopel) en in Mesopotamië (Irak) uit op nederlagen toen de Turken met Duitse steun sterker bleken dan verwacht.

Londen begon dus de Arabische onderdanen van het Turkse rijk in het Midden-Oosten op te stoken en vond gehoor bij de Hashimitische dynastie -afstammelingen van de profeet Mohammed- die de plak zwaaiden over de heilige steden Mekka en Medina in West-Arabië, maar wel onder het oppergezag van de Ottomanen vielen.

Aangemoedigd door beloften over een onafhankelijke Arabische staat of Arabische statenbond kwamen de Hashimieten op 10 juni 1916 in opstand tegen de Turken en kregen ze steun van onder meer van Britse officieren, zoals de beroemde TE Lawrence (“of Arabia”). Noch de Hashimieten noch Lawrence wisten toen echter dat de Britse, Franse en Russische regeringen achter hun rug om al geheime akkoorden hadden gesloten die haaks stonden op de beloften die aan de Arabieren waren gedaan.

Een schaduw over het Nabije Oosten

Het Sykes-Picot bleef niet lang geheim: na de Russische Revolutie in 1917 maakten de bolsjewieken de tekst van het verdrag openbaar en werden de Geallieerden in verlegenheid gebracht. De Arabische bondgenoten steigerden, te meer daar de Britse regering met de Balfour-verklaring de Gordiaanse knoop nog wat complexer maakte door de Joden en zionisten een “tehuis in Palestina” te beloven.

Na de oorlog bleven de Arabieren in 1919 met een kater achter, toen de Volkerenbond het Midden-Oosten -naar de geest, maar niet naar de letter van Sykes-Picot- verdeelde in een Frans mandaatgebied (Syrië, Libanon en Hatay) en een Brits gebied (Palestina en Mesopotamië met het olierijke Mosul).

De Russen kregen niets, want het communistische regime werd niet erkend.

Al snel kookte het Arabische potje over en zaten de Britten opgescheept met een oorlog tegen de stammen in Mesopotamië. Op de Conferentie van 1921 in Caïro gooide Londen het dan op een akkoordje met de Hashimieten. Faysal (foto in tekst) -de strijdmakker van Lawrence- werd koning van het inderhaast in elkaar getimmerde Irak en de aanspraken van zijn broer Abdullah op Trans-Jordanië werden bevestigd. Zowel Irak als Jordanië bleven wel onder sterke Britse invloed.

img

Minister van Koloniën Winston Churchill liet zich daarbij inspireren door experten zoals Gertrude Bell en Lawrence, maar die hadden vooral oog voor hun Hashimitische vrienden en niet voor de Arabieren in Irak over wie die moesten regeren. De Hashimietische dynastie in Irak heeft het dan ook niet langer dan tot 1958 volgehouden en het samenvoegen van Arabische sjiieten en soennieten en Koerden in dat land is tot op de dag van vandaag oorzaak van conflicten en terreur.

Het huidige Midden-Oosten werd dus in Versailles (1919) en Caïro (1921) uitgetekend en niet in Sykes-Picot. Dat verdrag is nooit echt in de praktijk omgezet en ligt ook niet aan de basis van de huidige grenzen. Wel is het verdrag een symbool geworden van Europese koloniale bric-à-brac en zijn de frustraties en de conflicten in de regio er niet minder om.

bron: deredactie.be