Door de steun van de nationalisten (MHP) zal de invoering van het presidentieel systeem binnenkort een feit zijn. Achter de schermen wordt er duchtig onderhandeld tussen de AKP en de MHP over de verschillende clausules in de nieuwe grondwet.
Abdullah Gül van de AKP en de nationalistische Mehmet Parsak moeten deze onderhandelingen tot een goed einde laten komen. De meningen over de precieze invulling van dit systeem kunnen verschillen maar beide partijen zijn het erover eens dat de invoering van het presidentieel systeem een feit zal zijn in 2019. Tot op heden zijn er wel twee cruciale punten waar beide partijen fundamenteel van mening verschillen:
Relatie van het staatshoofd
1- Het belangrijkste punt is de relatie van het staatshoofd ten opzichte van zijn partij. De MHP heeft er niets op tegen dat de president lid kan zijn van een politieke partij, maar de MPH is gekant tegen het idee dat het toekomstige staatshoofd ook aan het hoofd van zijn partij staat. De AKP is net om deze reden voorstander van het presidentieel systeem. Dit is dus één van de voornaamste struikelblokken. In het geval dat er een regeringscrisis zou ontstaan, zal dit waarschijnlijk er de oorzaak van zijn. Toch zien beide partijen dit niet als een “onoplosbaar” probleem. De AKP vreest ervoor dat een president aan het hoofd van de uitvoerende macht en een aparte partijvoorzitter zal leiden tot twee aparte machtsblokken. Dit duale systeem zal volgens de AKP waarschijnlijk ook tot frictie leiden.
Standpunt van MHP
Omdat de toekomstige leider ook een lid zal zijn van zijn partij, moet volgens de AKP ook de mogelijkheid bestaan dat de toekomstige president voorzitter kan worden van die partij. De MHP verdedigt echter haar standpunt dat ze zich niet kant tegen het feit dat de toekomstige president ook lid zal zijn van een partij, maar de nationalisten zijn het er niet mee eens dat de president aan het hoofd kan staan van die partij.
De partij voor Rechtvaardigheid en Ontwikkeling heeft hier echter een oplossing voor gevonden: het niet definiëren van de relatie van de toekomstige president ten opzichte van zijn partij. “Een clausule dat de president niet de voorzitter van de partij mag zijn, wordt achterwege gelaten in de nieuwe grondwet. De president zal dus volgens de AKP gewoon zelf kiezen wat zijn relatie ten opzichte van de partij zal zijn.”
Tweede struikelblok
2- Het tweede struikelblok is de toerekenbaarheid van de toekomstige president. De AKP is niet gekant tegen de toerekenbaarheid van de toekomstige staatshoofd, maar is wel van mening dat de doorverwijzing en de instelling van een onderzoekscommissie door de Hoge Raad op een correcte manier moet gebeuren.
Gül en Parsak gaan deze zaken zeker bespreken. Toch is er naar mijn mening één foute opinie over de MHP: er is nog geen voorstel dat een onderzoek kan worden geopend op vraag van 55 Kamerleden van de MHP. Er bestaat ook nog geen clausule over het aantal stemmen die nodig zullen zijn voor een onderzoek van de Hoge Raad. Verder is er nog geen clausule dat ten minste één vierde van de regering uit het parlement zal worden gekozen. In andere woorden zal de MHP hier zich niet tegen kunnen verzetten.
Recht van de president om het parlement te ontbinden
Een ander belangrijk aspect dat besproken zal worden, is het recht van de president om het parlement te ontbinden. De nationalisten kanten zich ertegen dat de uitvoerende macht, de wetgevende macht (het parlement) kan ontbinden. De AKP is daarentegen van mening dat de mogelijkheid moet bestaan voor een wederzijdse beëindiging van de machten: de wetgevende macht kan de uitvoerende macht ontbinden, dus moet de mogelijkheid bestaan dat de uitvoerende macht ook de wetgevende macht kan ontbinden.
Deze twee laatste punten vormen nog geen probleem in de onderhandelingen, maar er is wel nog geen consensus over dit onderwerp gevormd. Ja, we zijn in de kritische fase van de invoering van het republikeins systeem gekomen.
Hürriyet