Het eerste deel van de memoires van voormalig Amerikaans president Barack Obama, Promised Land (beloofde land), is op 17 november verschenen.
Het boek telt 768 pagina’s en heeft al voor heel wat controverse gezorgd, vooral in Israël en bij de Amerikaanse regering.
Zo wijst hij in het boek op de sympathie van Turks president Recep Tayyip Erdoğan voor de Moslimbroederschap en voor Hamas, die beide opkomen voor een onafhankelijke Palestijnse staat.
Bovendien stelt Obama dat Erdoğan zich altijd aan de Turkse grondwet en de afspraken van de NAVO heeft gehouden, en dat hij de nodige hervormingen heeft doorgevoerd om te kunnen toetreden tot de EU.
Tegenwicht tegen dictaturen
“Sommige waarnemers opperden dat Erdoğan een gematigde, moderne en pluralistische politieke islam zou invoeren als tegenwicht tegen de soms theocratische dictaturen en extremistische groeperingen in de regio.”
Obama legt eveneens uit hoe Erdoğan gekant was tegen de benoeming van toenmalig Deens premier Anders Rasmussen tot secretaris-generaal van de NAVO, omdat Rasmussen een islamofobe koers voer met Denemarken.
“Erdoğan heeft zijn team niet opgedragen zijn benoeming te blokkeren omdat hij hem ongekwalificeerd vond, maar omdat hij niet inging op de Turkse vraag om 12 vaak beledigende cartoons over Mohammed te censureren die op 30 september 2005 in de Deense krant Jyllands-Posten verschenen.”
Cartoons
De genoemde cartoons veroorzaakten toen veel verontwaardiging in de moslimwereld. De voorbije jaren had het Franse satirische weekblad Charlie Hebdo het ook geregeld op de islam gemunt uit naam van vrije meningsuiting, hoewel het blad ooit haar dubbele standaarden en haar bevooroordeelde houding aantoonde door een redacteur te ontslaan vanwege vermeend antisemitisme.
Hoewel Obama niet stelde dat deze cartoons voor haat en verdeeldheid zorgen, beschreef hij wel hoe hij op een bepaald moment Erdoğan overtuigde om Rasmussen toch te laten benoemen.
“Hij reageerde niet op de Europese roep om persvrijheid. Uiteindelijk bond hij in doordat ik Rasmussen een Turkse vicevoorzitter wilde geven en hem verzekerde dat zijn houding anders de Amerikaanse publieke opinie en mijn bezoek aan Turkije negatief zou beïnvloeden.”
Tijdens een interview in 2012 noemde Obama Erdoğan en de Duitse, Indiase, Zuid-Koreaanse en de Britse leiders op dat moment de mensen met wie hij een vertrouwensband zou kunnen opbouwen.
