Voortaan is in Oostenrijk de groet van de nationalistische “Grijze Wolven” verboden. Het verbod is op vrijdag in werking getreden door een nieuwe wet.
In december 2018 nam het Oostenrijkse parlement de wet aan die symbolen van “extremistische organisaties” in het land verbiedt om terreurpropaganda tegen te gaan.
Mensen die de wet overtreden in de openbare ruimte kunnen een boete krijgen tot €4.000 of een maand gevangenisstraf.
Overtreders kunnen een boete van €10.000 of een gevangenisstraf van zes weken krijgen bij herhaalde overtredingen.
In 2015 werd deze wet voor het eerst ingevoerd om de propaganda van terroristische organisaties zoals Daesh en Al Qaida te voorkomen en vervolgens uitgebreid naar symbolen van de PKK, Hamas, het Moslimbroederschap, de militaire vleugel van Hezbollah in Libanon en de Kroatische Ustasa.
Turkije roept Oostenrijk op om ‘vergissing’ te corrigeren
In februari verwierp en veroordeelde Turkije het Oostenrijkse initiatief om de “Grijze Wolvengroet”, verbonden aan de Turkse Nationalistische Bewegingspartij (MHP), te verbieden.
In het kader van de wijzigingen aan de symbolische wet van 2014 die afgelopen december werden aangenomen, werden het Rabia-teken, een anti-coup-symbool, en de Turkse nationalistische “Grijze Wolven”-groet in Oostenrijk verboden in een poging om symbolen van extremistische organisaties tegen te gaan.
“Het is schandalig dat de Grijze Wolvengroet, het symbool van een legale politieke partij in Turkije, op dezelfde lijst staat als het symbool van de PKK, een bloedige terroristische organisatie,” aldus de verklaring.
Het ministerie riep Oostenrijk op om “deze fout te corrigeren” en meende dat het “de bilaterale betrekkingen tussen Turkije en Oostenrijk diep beledigt”.
De PKK — beschouwd als een terreurgroep door Turkije, de VS en de EU — voert al meer dan 30 jaar een terreurcampagne tegen Turkije en heeft het leven gekost aan bijna 40.000 mensen.