In de strijd tegen de zogenaamde eikenprocessierups worden selectieve middelen ingezet.
Eikenprocessierupsen ontpoppen zich tot een onopvallende nachtvlinder, de eikenprocessievlinder. Maar dat is niet belangrijk voor de mens, wel de haartjes die de rupsen lossen. Die irriteren de ogen, huid en luchtwegen.
Omdat de rupsen de laatste tijd aan een opmars bezig waren, werden ze bestreden. Maar de methodes waren allesbehalve positief. Zo werd er een bacterie uitgezet die de rupsen doodt, maar die maakte ook bij andere soorten ongewenste slachtoffers.
België en Nederland slaan nu de handen in elkaar om de plaag een halt toe te roepen op een natuurvriendelijke manier.
Met Europees geld gaan de provincies Antwerpen, Limburg (aan Vlaamse kant) en Gelderland en Noord-Brabant (in Nederland) aan de slag.
Pronkjuweel van het project is de grote poppenrover. Dat is een kleurrijke kever die zowel de rupsen als de poppen eet. Het is een inheemse soort die hier uitgestorven is.
Daarom worden er kevers uit Turkije geïmporteerd. Daar wordt de kever gekweekt. ‘Hij wordt er ingezet in de strijd tegen hun hinderlijke rups, die van de dennenprocessievlinder,’ vertelt insectkundige Luc De Bruyn, die het project in de gaten zal houden.
Er zal bij ons doorgekweekt worden met de ingevoerde exemplaren in centra in Limburg en Antwerpen. Daarbij zal er een beroep gedaan worden op particulieren, die al andere kevers kweken.
‘Ze bestaan, de gepassioneerde hobbyisten’, zegt Luc Crevecoeur van het Natuurcentrum Limburg. “In een gewenste situatie zullen we tienduizend exemplaren kweken.”
Een timing voor het grote plan is er nog niet, Covid-19 heeft tot vertraging geleid. De kevers zullen een zendertje meekrijgen om hen te kunnen opvolgen.