Brabander Devin trok samen met de PKK-terroristen op tegen terreurgroep Daesh. Nu is hij de eerste Nederlander die zich daarvoor moet verantwoorden voor de rechter. ,,Ik ben trots op wat ik gedaan heb.”

Zes maanden maakte Devin (28) deel uit van de YPG, de terreurgroepering die in Noord-Syrië al jaren tegen Daesh vecht. De Brabander zegt dat hij zich in december 2016 aansloot bij een medische unit, die vooral bestond uit Westerse vrijwilligers. ,,Omdat ik mensen wilde helpen, strijders én burgers. Ik wilde geen mensen doodmaken, want dat kan iedere pannenkoek.”

Nu is hij de eerste Nederlander die door justitie wordt vervolgd voor zijn tijd bij de terroristen. Er zijn waarschijnlijk tientallen Nederlanders die naar Syrië trokken en de wapens oppakten, maar die zaken zijn (nog) niet voorgekomen, of zijn geseponeerd. Het Openbaar Ministerie heeft Devin ‘voorbereiding van moord of doodslag in Syrië en/of Irak’ ten laste gelegd. ,,Wij denken dat hij deel heeft genomen aan de gewapende strijd”, aldus een woordvoerder.

De Brabander vindt die vervolging onzin en vertelt daarom zijn verhaal. Om veiligheidsredenen wil hij dat alleen zijn voornaam wordt gebruikt. Hij praat snel en fel. ,,Ik heb een kort lontje, dat weet ik.” In zijn appartement hangen twee vlaggen van de YPG, om zijn hals bungelt een hangertje in de vorm van een verenigd Koerdistan ,,Ik ben een Brabantse Koerd en ik ben trots op wat ik heb gedaan.”

E-mail via hun site

Hoe je bij de YPG komt? Je stuurt ze gewoon een e-mail via hun website. Dan krijg je een heel lange vragenlijst opgestuurd, en instructies met wat je allemaal nodig hebt. Uiteindelijk heb ik het via wat contacten op Facebook geregeld. Daarna stap je gewoon in het vliegtuig naar Irak, van daar word je dan naar Syrië gebracht. Dat was eind 2016.”

,Eerst ga je naar de Internationale Academy, speciaal bedoeld voor alle buitenlandse vrijwilligers. Daar krijg je acht uur per dag les: over hun ideologie, over de geschiedenis van de Koerden, over de ‘gelijkheid’ tussen man en vrouw, over Abdullah Öcalan (de gevangen terreurleider van de PKK, red.) en de taal. Je krijgt wat medische basistraining en ja, ook wapentraining. Je moest tijdens de dagelijkse vergadering ook in het openbaar kritiek op jezelf leveren. Dat vond ik maar raar.”

Op 2 augustus was er een eerste zitting in de rechtszaak tegen Devin, hij was er zelf niet bij. Het Openbaar Ministerie hanteert al sinds het begin van de strijd in Syrië het standpunt dat ‘actieve deelname aan de strijd tegen IS in beginsel strafbaar is’. ,,Deelname aan een gewapende strijd kan al snel leiden tot strafbare feiten, oorlogsmisdrijven of gewone misdrijven. Wanneer daar voldoende verdenking ontstaat, kan het OM overgaan tot strafrechtelijk onderzoek en vervolging”, stelt een woordvoerder. ,,Deze man claimt dat hij bij een medische unit heeft gezeten, maar dat matcht wat ons betreft slecht met de foto’s met wapens waarop hij te zien is.”

Bron: www.ad.nl