De Europese Unie zou niet de 80 miljoen Turkse burgers moeten straffen met haar maatregelen tegen de Turkse overheid. Dit heeft Kemal Kılıçdaroğlu gezegd, de leider van de oppositie partij, de CHP, over de gestemde resolutie van het Europees Parlement. Deze resolutie ging over de bevriezing van de toetredingsgesprekken.
“Leg een land, met een bevolking van 80 miljoen burgers, geen sanctie op nadat je kwaad bent geworden op de woorden van één persoon”, zei Kılıçdaroğlu in een speech in Istanbul. Hij voegde er ook aan toe dat Turkije sancties opleggen, enkel door het optreden van haar President, onvermijdelijk zou leiden tot de bestraffing van de hele natie.
“Wij zijn al in ons land aan het strijden” verklaarde hij.
De spanningen tussen de EU en Turkije stegen, nadat het Europees Parlement haar stem uitbracht over de bevriezing en de eerste minister Binali Yıldırım en de President Recep Tayyip Erdoğan terugsloegen in een speech.
“Wij staan open voor het Westen sinds de dag van onze oprichting. Het Europees Parlement nam de beslissing om het onderhandelingsproces te bevriezen. Dit zie ik als een aanbeveling. Ik zou graag alle leden van de EU en haar instellingen eraan willen herinneren dat Turkije openstaat voor het Westen en dit sinds de dag van haar oprichting. Wij zijn een natie die zonder compromis de seculiere, democratische waarden verdedigen en bovendien zijn wij een welvaartsstaat.”
Heldere boodschap
Tijdens zijn speech beval Kılıçdaroğlu, de eerste minister Yıldırım de “absolute democratie en vrijheid terug te geven aan Turkije”.
“Ik wens Yildirim een heldere boodschap te geven. De kern van de onderhandelingen met de EU is er om democratie te brengen aan Turkije. Als u de democratie verdedigt de rechtstaat, de mensenrechten, de rechterlijke onafhankelijkheid en indien u de absolute democratie wilt, zullen alle parlementsleden van de CHP alle nodige stappen hiervoor doen. Als u de moed heeft, brengt u de absolute democratie en vrijheid terug naar de Turkse Republiek, zonder dat wij moeten wachten op de heropening van de onderhandelingen. Waarom zou iemand anders ons deze deugden opleggen?”
Hürriyet