De Democratische Unie Partij (PYD), de Syrische partner van de terroristische PKK-organisatie, blijft zijn doel nastreven om de demografie in Noord-Syrië te veranderen door de Arabische en Turkmeense bevolking te dwingen om te migreren. Koerden die niet dezelfde politieke ideologie hebben, worden ook onderdrukt.
Sommige Syriërs die vluchtten uit het Syrische Tal Abyad, dat door PYD bezet wordt, wonen nu in de Turkse zuidoostelijke provincie Şanlıurfa, die bijna 500.000 vluchtelingen ontvangt. Halil Abbut, een 65-jarige man van Arabische afkomst, is één van de honderden mensen die door de PYD werden gedwongen om meer dan twee jaar geleden te migreren naar Akçakale, een grensgebied in de zuidelijke provincie Sanlıurfa.
“De PYD legde beslag op onze huizen en gaf ze aan de Koerden die er vanuit Irak, Iran en andere delen van Syrië in werden geplaatst”, vertelde Abbud aan verslaggevers van persbureau Anadolu. “Voor de komst van de PYD was de meerderheid van de inwoners van de stad Arabier.”
De door de PYD gedwongen migratie van Arabieren en Turkmenen, evenals willekeurige arrestaties van kritische stemmen en werving van kindsoldaten, zijn nu ook besproken door internationale mensenrechtengroepen, waaronder Human Rights Watch, Amnesty International en KurdsWatch.
Ali Bakeer, een expert Midden-Oosten, vertelde de Turkse dagblad Sabah dat deze gedwongen migratie door de PYD het gevolg is van hun doel om heel Noord-Syrië te beheersen en uiteindelijk een opening naar de Middellandse Zee te zoeken.
Sabah
