Het artikel van de Amerikaans Syrische leerkracht, Kinana Qaddour, door ons vertaald in het Nederlands, geeft een zeer goed beeld van de toestand op vlak van het onderwijs van de Syrische vluchtelingen in Turkije. Het artikel is gebaseerd op een aantal interviews afgenomen in de maand oktober en november.
Volgens het Turkse Ministerie van Nationaal Onderwijs (MoNe), zijn er sinds vorig schooljaar nog slechts 380,000 van de 870,000 schoolplichtige Syrische kinderen die niet naar school gaan. Dit wil zeggen dat 60 procent van de Syrische schoolplichtige kinderen reeds is opgenomen in het onderwijssysteem.
Enkele randbemerkingen hierbij.
In tegenstelling tot het meestal negatieve discours omtrent Turkije bij onze politici en in onze media moeten we eens te meer vaststellen dat de Turkse staat enorme inspanningen levert op het vlak van de integratie en het opvangen van Syrische vluchtelingen. Dit ondanks het feit dat Turkije en Syrië verschillende culturen zijn die daarenboven niet dezelfde taal spreken. Want Turks is geen Arabisch uiteraard. Dat dit soms problemen oplevert is dan ook niet meer dan normaal.
We brengen dit artikel omdat er in de mainstream media nauwelijks of geen aandacht wordt besteed aan het gegeven. Het overwegend rechtse debat in een aantal Europese landen dat zich vooral focust over de negatieve gevolgen voor onze samenlevingen van de recente migratie stromen zou een les moeten leren uit hoe Turkije de problemen aanpakt.
Het moet nu maar eens ophouden met Turkije steeds in een negatief daglicht te stellen in de Turkije /Europa deal inzake migratie. Het geld van Europa wordt naar blijkt goed gebruikt in Turkije.
Het zou Europa sieren om dit toe te geven en moeten aanmanen tot enige nederigheid. De naar schatting 3.000.000 enkel Syrische vluchtelingen aanwezig in Turkije is immers een veelvoud van het aantal vluchtelingen waarmee Europa heeft te kampen.
Hieronder enkele cijfers van 2016 ( let wel alle Nationaliteiten ook niet Syrische komen aan bod )
Het is de eerste keer dat er in Turkije “meer Syrische schoolgangers zijn dan schoolverzuimers.” Toen de Syrische studenten voor het eerst aankwamen in Turkije, ging het grootste deel naar de “Centra voor Tijdelijk Onderwijs” (TEC’ s) die worden gesteund door het Kinderfonds van de Verenigde Naties (UNICEF). “
De TEC’s zijn overgangs-onderwijscentra geworden, daar het Turkse Ministerie van Nationaal Onderwijs van plan is om tegen 2020 alle Syriërs te integreren in Turkse staatsscholen.
Er zijn echter verschillende uitdagingen die de integratie belemmeren waaronder taalbarrières, de beperkte kennis van Syrische docenten over de Turkse leerplannen en de discriminatie waarmee de Syrische studenten en leerkrachten te kampen hebben. Toch zijn de Syriërs in Turkije in het algemeen zeer tevreden over het integratiebeleid.
Begin 2015 besloot het Turkse Ministerie van Nationaal Onderwijs dat de onderwijsbehoeften van Syrische kinderen niet langer “tijdelijk” zouden zijn. In het schooljaar dat daarop volgde, begon het ministerie met de voorbereidingen om Syrische kinderen in te schrijven in Turkse staatsscholen. Tegen september 2017 gingen er zo’n 315,000 Syrische kinderen naar een Turkse staatsschool. Dit is 64 procent van het totale aantal schoolgaande Syrische kinderen. Deze acute integratie heeft er echter ook voor gezorgd dat er meer studenten vroegtijdig school verlieten.
De taalbarrière heeft van het begin al een belemmering gevormd voor de integratie. Om dit tegen te gaan hebben de TEC’s het aantal Arabische lesuren gereduceerd om plaats te maken voor het Turks. De studenten krijgen nu 15 uur les in het Arabisch en 15 uur les in het Turks. Vroeger was dit slechts 7 uur. Dit wordt gedaan om de Syrische jeugd klaar te stomen voor het Turkstalig onderwijs. Bovendien worden de Syrische leerlingen op basis van hun Turkse taalkennis opgesplitst in verschillende klassen. Dit vergemakkelijkt de functie van de docent en geeft hem/haar de kans om dichter bij de student te komen.
De Turkse taalbarrière is gelinkt aan een groter integratievraagstuk en de buy-in van de Syrische gemeenschap toont aan hoe taal invloed kan hebben op integratie.
Syrische ouders, met name degenen voor wie een terugkeer naar Syrië een optie is, hebben schrik om hun kinderen naar Turkse scholen te sturen uit vrees dat ze hun Arabische taalvaardigheden verliezen. Sommigen onder hen kiezen als gevolg voor een Soedanees-Libisch huis-aan-huis leerplan.
Deze onderwijsprogramma’s hebben een prominente plaats verworven in Turkije omdat beide volledig in het Arabisch zijn en erkende certificaten verstrekken.
Voor Syrische studenten is het koppelen van taal en integratie zeer lastig wat hen in een staat van onzekerheid laat waarbij ze hun etnische achtergrond moeilijk kunnen verzoenen met hun wens om deel uit te maken van de Turkse samenleving.
Taal is ook een obstakel voor de leerkrachten die worden aangeworven door Turkse openbare scholen. Een lerares in Mersin deelde mee hoe onzeker ze zich voelde als een beginnende Turkse spreker. “Ik liep ooit het klaslokaal binnen samen met een Turkse lerares; ze gaf de lezing, bekeek me en vroeg me de hele les meteen te vertalen. Ik kwam dom over bij de studenten,” vertelde ze.
Hoewel veel geïnterviewde Syrische leerkrachten zeer graag vloeiend Turks zouden willen spreken, blijft het voor hen toch zeer moeilijk. Dit komt door de verplaatsingsstress die ze dagelijks ervaren en het gebrek aan tijd om taalcursussen te volgen.
Een andere leerkracht uit Mersin liet weten dat Syrische leerkrachten als “assistenten” worden gebruikt en niet voor hun inhoudelijke kennis en pedagogische vaardigheden.
In de zuidelijke Turkse provincie Gaziantep gaven leerkrachten aan dat alleen Syrische leerkrachten met een sterke Turkse talenkennis een kans kregen. De leerkrachten zeiden ook dat de bestuurders die vooral een voorbeeld zijn voor de inclusiviteit en diversiteit van het personeel, nuttig leiderschap boden. Ondanks deze steun ervaren sommige Syrische leerkrachten toch nog dat ze niet worden gerespecteerd door hun Turkse collega’s. Iets wat een volledige betekenisvolle samenwerking belemmert. Mijn verwijst bijvoorbeeld naar Syrische vrouwelijke leerkrachten als Suriye Kadınları, wat “Syrische vrouwen” betekent, in plaats van öğretmen (leerkrachten). Ook heerst er ,ondanks het feit dat de schoolbesturen de leerkrachten aanmoedigen om samen te werken, toch nog een vorm van segregatie in de lerarenlokalen.
De plannen van het ministerie om de integratie en de inclusiviteit te verhogen, bevatten ook het “bevorderen van de integratie van Syrische kinderen in het Turkse onderwijssysteem” (PICTES). De Europese Unie verleent financiële en operationele steun aan dit lopende initiatief, dat Turkse taalondersteuning en psychosociale voorzieningen zoals buitenschoolse cursussen in muziek en kunst omvat. Het project steunt studenten in 23 verschillende provincies. Bijna 6.000 Turkse docenten zijn toegewezen aan de verschillende leercentra, onder wie adviseurs om Syrische studenten te ondersteunen.
Niet alleen helpen deze begeleiders bij pesterijen, ook uitdagingen thuis die de prestaties op school beïnvloeden worden aangekaart. Helaas vormen het gebrek aan contextuele kennis en taal nog steeds barrières tussen studenten en het ondersteunend personeel, wat de isolatie van sommige Syrische studenten op nieuwe scholen belemmert.
Een leraar in Gaziantep deelde mee hoe een Turkse raadsman werd ingehuurd door een lokale TEC. “De studenten konden niet met hem spreken. Om over gevoelige onderwerpen te kunnen spreken, moet er iemand zijn die de cultuur en moedertaal van de leerlingen begrijpt,” klonk het.
Bovendien zijn staatsscholen die zich bevinden in minderbedeelde regio’s zoals bijvoorbeeld Sanliurfa, niet uitgerust om de psychologische noden en gezinsproblemen die het leerproces beïnvloeden op te vangen.
Dit is zeer betreurenswaardig, gezien de impact leren en integratie op de grotere sociaal economische uitdagingen. Met de steun van andere belanghebbenden, zoals UNICEF en de Europese Unie, tonen de beleidsmaatregelen en initiatieven van het MoNE ( Turks ministerie ) aan dat Turkije vastbesloten is om onderwijs te bieden van goede kwaliteit aan haar Syrische bevolking.
Naarmate er meer Syrische studenten worden geïntegreerd in Turkse staatsscholen, kunnen de extra inspanningen die het engagement en de interesse van de gastgemeenschappen stimuleren, zorgen voor een betere cohesie tussen de scholen en een betere opleidingen van de Syrische leerkrachten. Ook kunnen hierdoor pesterijen worden bestreden en kan het aantal schoolverlaters worden teruggeschroefd. De constante hernieuwing van deze toewijdingen door de MoNe en de Turkse overheid is van essentieel belang voor een succesvolle schoolintegratie van Syriërs in Turkije .
Dit artikel is gebaseerd op interviews met Syrische leraren, ouders en studenten in Mersin, Gaziantep, Sanliurfa en Antakya, die werden afgenomen in september en oktober 2017.
Kinana Qaddour is een Syrisch-Amerikaanse lerares met ervaring in het opleiden van leerkrachten en in jongereninitiatieven voor de Syrische jeugd. Volg haar op Twitter @kqaddour.