De pijlen die werden gebruikt tijdens de eerste verovering van de Ottomanen in 1288 onder Osman Gazi, de stichter van de Ottomaanse dynastie, hadden een bereik van 216 tot 260 meter en waren ontwikkeld om een maximumsnelheid te behalen binnen een bepaalde tijdspanne. Dat beweert een onderzoek uitgevoerd door wetenschappers van de Universiteit van Anatolië.
De studie van de universiteit van Anatolië, uitgevoerd door de faculteit kunstwetenschappen, onderzocht pijlen die werden teruggevonden aan het kasteel van Karacahisar in Eskisehir. Het eerste kasteel dat werd veroverd door de Ottomanen in die streek.
Een wetenschapper genaamd Altinsapan, ontdekte in samenwerking met een interdisciplinair team, dat de vorm en het gewicht van elke pijlpunt determinerend waren voor de snelheid en het bereik. Daarnaast stelde men vast dat de pijlen over de jaren heen steeds meer geoptimaliseerd werden met het verbeteren van de aerodynamica en algemeen bereik als doel. Men probeerde de snelheid, kracht en het bereik van de pijlen te maximaliseren.
Het bereik van de pijl
Altinsapan: “De pijlen, de meest belangrijke wapens van de middeleeuwen, varieerden in vorm met goede reden.”
Voor het vaststellen van het bereik van de pijl maakte men gebruik van een schatting gebaseerd op het gewicht en de lengte van de pijlpunt en de pijl in zijn geheel. De pijl had een maximumbereik van 260 meter.
180 meter
Ter vergelijking: het verste schot met een pijl vastgelegd in de 16de eeuw bereikte een afstand van 315 meter. De pijl werd geschoten met een Engelse langboog. De gemiddelde afgelegde afstand van de Engelse pijlen bedroeg in die tijd echter maar 180 meter.
Osman Gazi
