Krijgsheer Khalifa Haftar heeft alle Libiërs opgeroepen om de wapens op te nemen als reactie tegen een Turkse militaire interventie in Libië.
Ankara wil de officiële regering in het land steunen in de strijd tegen het oprukkende leger van Khalifa Haftar.
“We accepteren de uitdaging en verklaren de jihad en roepen iedereen op om de wapens op te nemen”, aldus de zelfverklaarde generaal tijdens een tv-uitzending.
De zelfverklaarde generaal, Khalifa Haftar, is een krijgsheer die met zijn manschappen een groot deel van het land onder controle heeft. Haftar staat op het punt grootstad Tripoli te veroveren.
Ankara heeft van oudsher goede relaties met het land. Tijdens het bewind van leider al-Qadhafi deden Turkse bedrijven gouden zaken in Libië. In november sloten Turkije en het officieel erkende regime van Libië nog een verdrag.
Dat ging over de Middellandse Zee (meer bepaald over de grenzen van de Libische en Turkse wateren). Turkije maakt immers aanspraak op grote olie- en gasvelden in de Middellandse Zee. De Turkse belangen zijn dus gebaseerd op de deal met Tripoli. Maar dan moet de officiële regering in de Libische hoofdstad uiteraard overeind blijven.
Warlord Khalifa Haftar declared on Friday “Jihad” against GNC forces and what he called “Turkish invaders”. He urged in a televised address to his supporters both men and women to take up the arms and join his army “to protect the nation”. pic.twitter.com/T8uppHxwl9
— The Libya Observer (@Lyobserver) January 4, 2020
Het Turkse parlement had eergisteren in meerderheid ingestemd met een eventueel militair ingrijpen in Libië. Ankara wilde toestemming om met militaire acties de regering in Tripoli van premier Fayez al-Sarraj te kunnen steunen.
Al-Sarraj is vooral in strijd met krijgsheer Khalifa Haftar. Haftars manschappen staan klaar in buitenwijken van Tripoli.
325 stemmen voor en 184 tegen. Een grote meerderheid van de Turkse volksvertegenwoordigers ging eerder deze week in op de vraag van de Turkse president. De Turkse regering kan nu op elk moment manschappen sturen naar het land.
Bron: VRT, Hürriyet