President Recep Tayyip Erdoğan heeft aangegeven dat zijn pogingen om de Syrische leider Bashar al-Assad te ontmoeten zijn afgewezen.
Ondertussen escaleren de gevechten tussen oppositie- en regeringskrachten in het door oorlog verscheurde land.
“We hebben Assad benaderd met de oproep: ‘Kom en laten we samen de toekomst van Syrië bepalen.’
Helaas hebben we hier geen positieve reactie op ontvangen,” vertelde Erdoğan op 6 december aan verslaggevers na het gebed in de wijk Üsküdar in Istanbul.
Hij verduidelijkte niet wanneer dit voorstel werd gedaan.
De opmerkingen van Erdoğan kwamen op het moment dat anti-regimegroepen onder leiding van Hayat Tahrir al-Sham verder oprukten in de provincie Hama.
Sinds 27 november hebben de oppositietroepen belangrijke steden ingenomen en naderen ze Homs in Syrië.
“Idlib, Hama, Homs en natuurlijk is het doel Damascus. De opmars van de oppositie gaat door,” zei Erdoğan.
“We hopen dat dit zonder ongelukken of problemen verdergaat.”
Daarnaast meldde Erdoğan dat Libanon hulp heeft gevraagd te midden van de gevechten tussen Israël en gewapende groeperingen.
“Libanon verkeert in een moeilijke situatie. Alles is verwoest. We blijven helpen terwijl de wereld zwijgt,” zei hij.
Erdoğan besprak het Syrische conflict ook met VN-secretaris-generaal António Guterres.
Hij benadrukte dat Turkije instabiliteit en burgerslachtoffers wil voorkomen en opriep tot een politieke oplossing waarin het Syrische regime in dialoog treedt met zijn bevolking.
Ankara zet zich in om spanningen te verminderen en de weg vrij te maken voor vrede.
Op 30 november veroverden anti-regimegroepen delen van centraal Aleppo en kregen vrijwel volledige controle over Idlib.
Ondertussen probeert het door Turkije gesteunde Syrische Nationale Leger bewegingen van de PKK en YPG te blokkeren.
Volgens mediaberichten hebben zij een “terreurcorridor” verstoord door belangrijke routes af te snijden en Manbij van drie kanten te omsingelen.
Bron: Hürriyet
