President Erdogan liet dinsdagavond weten dat hij het verzoek van zijn Amerikaanse collega Donald Trump, over de aanhoudende antiterreuroperatie in Noord-Syrië, afwijst.
“Mijnheer de president vroeg om een staakt-het-vuren af te kondigen. Dat zullen we nooit doen,” zei hij. Hij herhaalde dat Turkije nooit onderhandelt met terroristen.
“Zolang de Eenheden ter Bescherming van het Volk (YPG) niet weggaan uit de grensstreek is er geen staakt-het-vuren mogelijk in Syrië,” zei hij. “Ik heb hem gezegd dat Turkije nooit zal onderhandelen met terroristen.”
Volgens Erdogan was de bedoeling van Operatie Vredesbron om de terroristische YPG terug te dringen tot 32 kilometer weg van de grens.
Over de belangrijke stad Manbij zei hij dat de terroristen daar niet mogen blijven.
“Dat het regime van Assad de controle over Manbij zou krijgen is niet zo’n slechte ontwikkeling, maar de YPG moet er weg.” Maar hij zei ook dat de onderhandelingen met de VS en Rusland over Manbij en Ayn al-Arab (Kobani) toch doorgaan.
Wat sancties betreft, was Erdogan zeker van zijn stuk. Turkije maakt zich geen zorgen over sancties, zei hij.
Erdogan deed die uitspraken een dag nadat de VS sancties had uitgevaardigd tegen twee Turkse ministeries en drie topambtenaren, als gevolg van de Turkse antiterreuroperatie in Noord-Syrië.
Op 9 oktober is Turkije begonnen met Operatie Vredesbron, de derde grensoverschrijdende antiterreuroperatie in Noord-Syrië. De operatie is gericht tegen terroristen van Daesh en de Eenheden ter Bescherming van het Volk (YPG), de Syrische tak van de terroristische PKK.
Turkije beroept zich op haar recht op zelfverdediging, dat het afleidt uit de internationale wetgeving en de resoluties van de VN-Veiligheidsraad. De operatie moet een terreurvrije veilige zone tot stand brengen, zodat vluchtelingen kunnen terugkeren naar het gebied ten oosten van de Eufraat. Dat gebied wordt gecontroleerd door de Syrische Democratische Strijdkrachten (SDF), die steun krijgen van de VS en gedomineerd worden door YPG-terroristen.
De PKK wordt beschouwd als een terroristische organisatie door Turkije, de VS en de EU. Ze voert al meer dan 30 jaar strijd tegen de Turkse staat. Daarbij zijn al bijna 40.000 slachtoffers gevallen, waaronder ook vrouwen, kinderen en baby’s.
De president had het ook nog over een ander punt van discussie met de VS: de F35-gevechts- en spionagevliegtuigen.
Er staan alternatieven klaar voor de F35 en “de aanbiedingen komen volop binnen,” dixit Erdoğan.
Ankara en Washington hebben een conflict over de Russische S400-raketten die Turkije gekocht heeft. De VS beweert dat die niet compatibel zijn met de verdedigingssystemen van de NAVO en een bedreiging vormen voor de F35-toestellen van Lockheed Martin.
Washington heeft Turkije geschrapt uit het F35-programma na de levering van de S400’s in juli. Ankara, dat tegelijk afnemer van de toestellen was en producent van onderdelen, zegt nu dat het wel naar alternatieven zal zoeken.