De Amerikaanse inlichtingendienst (CIA) heeft zich verontschuldigd aan Turkije in een schriftelijke mededeling over de zogenaamde oliehandel tussen Turkije en IS. Het voorval speelde zich af in september 2014 tijdens een meeting tussen de Turkse minister van Buitenlandse Zaken Mevlüt Çavuşoğlu en de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken John Kerry.
Kerry beweerde tijdens deze vergadering dat hij bewijs had dat Turkije vermoedelijk de grootste olie-afnemer van IS zou zijn. Hierop heeft de Turkse delegatie meerdere keren de bewijsstukken opgevraagd van de Amerikaanse delegatie. Het bewijsmateriaal werd uiteindelijk in 2015, na meermaals aandringen bij de VS, overhandigd aan de Turkse staat.
Na ontvangst werden de documenten bestudeerd door de Turkse inlichtelingendienst MIT. Na een grondige analyse van de documenten, die het bewijs zou moeten vormen voor de vermeende betrokkenheid van Turkije als olie-importeur van IS-gedomineerde gebieden, kwam de Turkse inlichtelingendienst tot de conclusie dat het bewijs bestond uit geografische foto’s van een asfaltfabriek in Kilis, een provincie in het zuidoosten van Turkije.
Geen bewijs dat Turkije olie koopt van IS
De Verenigde Staten heeft zich na het incident veronschuldigd bij Turkije. “Wij ontkennen ten stelligste dat de Turkse overheid rechtstreeks betrokken is bij oliehandel met Daesh. We hebben tot nu toe geen enkel bewijsstuk gezien die deze beschuldiging kan waarmaken. Integendeel, de oliehandel met Daesh zijn de voorbije jaren gedaald, dankzij de anti-terreuracties van de Turken en andere landen die deel uitmaken van de anti-Daesh coalitie”, aldus de Amerikaanse ambassadeur in een schriftelijke medeling aan Turkije.
Bronnen
- http://www.hurriyet.com.tr/son-dakika-cia-turkiyeden-ozur-diledi-40309055
- http://www.dailysabah.com/americas/2016/12/16/cia-had-apologised-to-turkey-over-false-allegations-regarding-daesh
- http://www.hurriyetdailynews.com/cia-apologizes-to-turkey-over-isil-oil-trade-allegations.aspx?pageID=238&nid=107404&NewsCatID=358
