Het conflict tussen Turkije en de PKK teistert het land al bijna veertig jaar met 40.000 doden als gevolg. De PKK begon onder leiding van Abdullah Ocalan in 1984 een gewapende en bloedige strijd om een onafhankelijk Koerdistan te stichten. Anno 2017 woedt het conflict nog steeds. In bepaalde westerse media, politieke kringen en publieke opinie heerst tegenwoordig een beeld van een onderdrukkende en racistische Turkije die erop uit is om de Koerden uit te moorden. In hoeverre klopt die perceptie echter?
Stadsoorlog
In de jaren 90 waren burgers nog vaak het slachtoffer van de vijandelijkheden. Tegenwoordig is dit veel minder het geval. Daar het conflict vooral wordt uitgevochten in de onherbergzame bergen van Zuidoost Turkije komen burgerslachtoffers weinig voor. De uitzonderingen hierop vormen de autobomaanslagen en de zelfmoordaanslagen van de PKK in de steden waar veel burgerslachtoffers vallen. Een andere uitzondering heeft betrekking op de stadsoorlog die werd uitgevochten tussen juli 2015 tot juni 2016.
Vredesproces
Tijdens het vredesproces dat duurde van 2013 tot juli 2015 bereidde de PKK zich extensief voor op een stadsoorlog. Er werd actief gerekruteerd onder Koerdische jongeren, er werden massaal veel wapendepots opgeslagen in bepaalde steden, er werden fortificaties en versterkingen gebouwd in die steden, op elke straathoek werden mijnen en IED’s (zelfgemaakte explosieven die zeer veel kracht bevatten) gelegd enzovoort. Hele stadswijken werden omgetoverd in oorlogsburchten door de PKK. Hierbij werden lokale burgers gedwongen onder dreiging van geweld of zelfs moord om mee te werken.[1] Van aanvalswapens tot raketwerpers en tonnen explosieven; de PKK beschikte over veel militair arsenaal.
Toen het vredesproces afbrak, namen de vijandelijkheden meteen weer toe. Het leger begon operaties om deze stadswijken van zwaarbewapende en gevaarlijke militanten te zuiveren. Hierop begon een massale propagandacampagne van de PKK en sympathiserende organisaties. Dergelijke onechte en subversieve lastercampagnes om de publieke opinie te verdraaien, zijn een veelgebruikte en klassieke tactiek van de PKK. De veiligheidstroepen zouden opzettelijk burgers vermoorden en gewelddadig en disproportioneel optreden.
Feit en fictie
Volgens cijfers van het onafhankelijke onderzoeksinstituut International Crisis Group en andere onafhankelijke instituten kwamen er in een periode van bijna één jaar ongeveer 300 burgers om het leven tijdens de stadsgevechten.[2] Deze cijfers werden ook bevestigd door het Turkse leger zelf.[3] Er is echter nooit bewezen dat die 300 burgers door de Turkse troepen werden omgebracht, laat staan dat ze met intentie werden omgebracht. In een zeer dichtbevolkte stedelijke oorlogsomgeving zijn burgers helaas onvermijdelijke slachtoffers. Wanneer beide kanten hevig vechten, dan is dit een onafwendbaar gevolg. Het klopt dus niet dat Turkije opzettelijk burgers aanviel.
VN-rapport
Een recent VN-rapport sprak over 2000 doden door het optreden van de Turkse troepen. Hierbij werd meteen de perceptie gewekt dat Turkije 2000 burgerslachtoffers had veroorzaakt. Het rapport zelf stelt echter dat van deze 2000 doden, 800 slachtoffers tot de Turkse veiligheidstroepen behoorden en van de overige 1200 wist men niet zeker of ze aan militante activiteiten hadden deelgenomen. De cijfers van onafhankelijke instituten en rapporten spreken over 300 burgerslachtoffers en 900 gedode PKK-militanten. In totaal 1200 dus. Het plaatje wordt zo compleet. In de media wordt echter de perceptie gewekt van 2000 burgerdoden door enkel en alleen Turkije, terwijl de realiteit helemaal anders ligt.
Geen luchtaanvallen
De veiligheidstroepen traden op een proportionele manier op en probeerden daarbij zoveel mogelijk burgerslachtoffers te vermijden. Een analyse van de omvang, de duur en de intensiteit van de stadsgevechten toont dit aan. Een jaar lang werd er dagelijks fel gevochten in stadswijken waarvan de totale bevolking in de honderdduizenden bedraagt. Desondanks werden luchtaanvallen nooit uitgevoerd op de steden en artillerie werd restrictief ingezet. Burgers werden in talrijke aantallen geëvacueerd. De veiligheidstroepen handelden op een voorzichtige manier. Infanterie werd gebruikt om straat per straat en huis per huis de veiligheid te waarborgen. Op die manier vermeed men veel burgerslachtoffers.
Gewelddadig schrikbewind
De PKK daarentegen pleegde talrijke (zelfmoord)aanslagen en voerde een gewelddadig schrikbewind over de lokale Koerdische bevolking. Over deze feiten en de verpletterende verantwoordelijkheid van de PKK om de oorlog naar de steden te brengen, wordt met geen woord gerept.
Oorlog is altijd een vieze, vreselijke en mensonterende bedoening. Wanneer ze dan toch plaatsvindt, is het aan de staat om zoveel mogelijk burgerslachtoffers te vermijden. De Turkse veiligheidsdiensten hebben getracht om deze opdracht naar kunnen en kennen zo goed mogelijk uit te voeren. Een rationele analyse op grond van concrete en feitelijke bewijzen staaft deze vaststelling dan ook. Het moge derhalve duidelijk zijn dat stellingen als ‘Turkije die Koerden vermoordt’ of ‘Erdogan die de Koerden wil uitmoorden’ geen steek houden.