De Nederlandse afdeling van Amnesty International heeft de namen van vastgezette Turkse “journalisten” geprojecteerd op het Turkse ambassadegebouw in Den Haag, om de Dag van de Internationale Persvrijheid, op 3 mei, te gedenken.
Op 2 mei rond 10 uur ’s avonds werden de namen van de journalisten Mahir Kanaat van dagblad Birgün en Ahmet Şık van Cumhuriyet geprojecteerd, samen met een verklaring die hun vrijlating eist.
“Laat Mahir Kanaat vrij” en “Laat Ahmet Şık vrij” werden op de ambassade geprojecteerd, evenals een verklaring waarop “journalistiek is geen misdrijf” stond, in zowel het Turks als in het Engels. Amnesty International zei dat de projectie werd gemaakt om aandacht te vestigen op de situatie van journalisten in Turkije en voegde eraan toe dat het een onderdeel is van een wereldwijde campagne genaamd “#FreeTurkeyMedia”. Şık’s vrouw, Yonca Şık, vertelde aan Amnesty International dat “Ahmets arrestatie een boodschap is aan anderen: durf je niet uit te spreken”.
Gevangen genomen
Şık en journalist Nedim Şener werden in het kader van de controversiële Oda TV-zaak in 2011 gevangengenomen. Beiden hebben meer dan een jaar in de gevangenis doorgebracht in afwachting van het proces, voor de publicatie van Şık’s boek, getiteld “Het Leger van de Imam”.
Het boek richt zich op volgers van de Gülen-beweging binnen de politie en de rechterlijke macht, in de tijd dat de beweging en de regerende Partij voor Rechtvaardigheid en Ontwikkeling (AKP) nog een betere band hadden.
Şık en Şener werden uiteindelijk vrijgelaten op 12 maart 2012, maar Şık werd op 30 december 2016 opnieuw gearresteerd naar aanleiding van verschillende tweets en artikelen voor de krant Cumhuriyet.
Hurriyet
