De Turkse president Erdogan weet zelfs van een vrij abstract onderwerp – het monetaire beleid – een serie te maken.
Op aandringen van Erdogan verlaagde het land voor de derde keer op rij de rente ondanks de gierende inflatie.
Turkse munteenheid, de lira, zakte na de laatste rentverlaging donderdag naar een historisch dieptepunt. In één dollar gingen 11,3 lira. Vijf jaar geleden waren dat er nog 4.
Met name voor Turken die het al niet ruim hadden, zorgt dit voor problemen, constateert Roger Kelly, econoom in Istanboel.
De groep mensen die in Turkije in armoede leeft, bereikte afgelopen jaar het hoogste niveau in bijna tien jaar tijd. Mede door de coronapandemie leven in het land nu 1,6 miljoen mensen die van minder dan 5,5 dollar per persoon per dag moeten rondkomen, aldus de Wereldbank.
De lonen houden simpelweg de stijgende prijzen niet bij. ‘Ongeveer 40% van de Turken leeft van een minimuminkomen. Dat ligt voor Turkije op 2800 lira, oftewel €220. Vooral deze groep merkt de gevolgen van de stijgende inflatie,’ aldus Roger Kelly. De inflatie bedraagt inmiddels bijna 20%.
De reden van de gestegen inflatie is niet alleen de onorthodoxe visie van Erdogan op het monetaire beleid, benadrukt Kelly.
Toch is de belangrijkste veroorzaker wel degelijk het huidige monetaire beleid van Turkije, aldus expert Kelly.
De Turkse president ziet lagere rentes — donderdag ging die van 16% naar 15% — als een manier om inflatie tegen te gaan, terwijl de rest van de wereld en andere financiële experts het precies andersom ziet.
‘Daarnaast wordt de Turkse economie aangejaagd door middel van krediet in plaats van fiscale stimulus. Dit wakkert de inflatie nog verder aan en zorgt bovendien niet voor structurele groei.’
Waar in de meeste landen de centrale banken onafhankelijk van de overheid te werk gaan, geldt dit niet voor Ankara. Zeker sinds de macht van de president in 2018 enorm is versterkt, volgt de Turkse centrale bank de aanwijzingen van Erdogan nauwgezet op.
Analist Eldar Vakhitov had, net als veel andere analisten, verwacht dat tegen het einde van dit jaar het tij eindelijk zou keren voor de Turkse inflatie.
‘Maar nu de Turkse munt in zo’n moeilijke positie verkeert, als gevolg van het beleid van Ankara, blijkt dit niet zo te zijn. Ik verwacht nu dat tot minstens halverwege volgend jaar de inflatie hoog blijft of nog verder zal stijgen.’
De oplossing? Die ligt in een terugkeer naar een orthodox monetair beleid, aldus Vakhitov.
‘De riemen moeten worden aangetrokken en de rente moet klimmen. Hoe langer hiermee wordt gewacht, hoe moeilijk het gaat worden om de inflatie te beteugelen.’
‘Het is nog steeds een hele grote markt, met gezonde bedrijven en banken. We gaan ervan uit dat hij bij de verkiezingen in 2023 wordt vervangen en het monetaire beleid tegen die tijd ook zal veranderen. We zien licht aan het einde van de tunnel,’ aldus Timothy Ash, van het Britse BlueBay Assetmanagement.
‘Ook politiek gezien is het afwachten wat er de komende tijd gaat gebeuren. Zelfs als Erdogan niet wordt herkozen, is het maar de vraag of hij bij een nederlaag zonder slag of stoot zal verdwijnen.’
Op dit moment laten peilingen zien dat de steun voor hem aan het afnemen is. Het beleid van lage rentes en stimuleringsmaatregelen tijdens de COVID-crisis had met name een positief effect op mensen die al huizen bezaten of een aandelenportefeuille hadden, aldus Kelly. En dat is niet de groep kiezers van wie de Turkse president het later moet hebben.
‘Het zijn in Turkije, net als in andere landen, met name de welgestelden die voordeel trekken van lagere rente en niet de mensen die van oudsher behoren tot het stempubliek van AKP-leider Erdogan: de armere middenklasse op het platteland.’
Bron: Nederlandse media