“Vijf weken na de gebeurtenissen is er in Vlaanderen nog altijd geen aandacht voor het feit dat de secularistische en nationalistische oppositiepartijen CHP en MHP, en bij mijn weten alle relevante oppositiemedia (Dogan mediagroep, Cumhuriyet, …), ervan overtuigd zijn dat de Gülenorganisatie achter de coup zit”, aldus Gentse politicoloog Dries Lesage (UGent).
De hele Turkse oppositie sluit zich ook aan bij de jarenlange brede internationale expertenconsensus dat deze organisatie er kenmerken van een sekte op nahoudt, en dat leden zich via hun ‘parallelle staat’ bezighouden met zware criminaliteit in Turkije, zoals overheidsexamens vervalsen en via eigen rechters honderden mensen, waaronder militairen, journalisten en Koerdische activisten laten veroordelen op basis van vals bewijsmateriaal. Hoewel de oorlog tussen Erdogan en Gülen zeker al drie jaar woedt, is dat in Vlaanderen zo goed als onbekend.
Anti-Erdoganistische journalisten
Bij een lange lijst vooraanstaande Turkse anti-Erdoganistische topjournalisten en analisten zoals Murat Yetkin, Barçin Yinanç, Ahmet Hakan, Ertugrul Özkök, Can Dündar, Ece Temelkuran, Mustafa Akyol, Gonul Tol, Omer Taspinar, Dani Rodrik, Ahmet Sik, Nedim Sener, Amberin Zaman en vele anderen lees ik dus dat zij ervan uitgaan dat Gülenisten de leiding hadden in de poging tot staatsgreep. Dit argumenteren ze op basis van elementen uit het gerechtelijk onderzoek die ze betrouwbaar vinden, vele belangrijke indicaties die deze piste veel geloofwaardiger maken dan andere, en hun decennialange kennis van wat er gaande is in hun land. Hieronder en op Twitter heb ik al artikels gepost die hun argumentatie bevatten. Er zijn in Turkije bijna geen andere stemmen meer. Zijn deze mensen nu ook allemaal propagandisten van Erdogan geworden? Helpen ze zijn dictatoriale complottheorieën mee verspreiden? Het zou niet mogen verwonderen dat in en rond Turkije heel wat mensen dit toch au sérieux nemen.
“opgezet spel van Erdogan”
Bij mijn weten verschijnen nauwelijks of geen degelijke achtergrondstukken die de denksporen “opgezet spel van Erdogan” en “kemalisten” grondig uitwerken. Deze pistes werden tijdens en meteen na de couppoging de wereld ingestuurd, maar hebben nadien weinig follow-up gekregen. Vraag is dan waarom ze de wereld werden ingestuurd. In elk geval zou het alle professionelen die met Turkse politiek bezig zijn, moeten blijven interesseren wat bij dit geopolitiek zwaarwichtige event precies gebeurd is. Het zou kunnen dat ‘de consensus’ allemaal onzin is (ja, dat kan). Maar deze nogal overweldigende Turkse consensus lijkt mij op zich politiek en journalistiek een relevant feit.
Horrorverhalen voer het Gulen-netwerk
Indien ze de bal mis slaan, is meteen ook het morele failliet van de Turkse oppositiepers bewezen. Wat ik erg jammer zou vinden, te meer daar ik mijn analyse van Turkije in belangrijke mate op hen baseer. Net als de westerse pers trouwens, ook al kom ik tot andere conclusies over de gedeelde verantwoordelijkheden voor de ellende, het hele plaatje in ogenschouw nemende. Het is trouwens bijzonder merkwaardig dat de Engelstalige Turkse oppositiepers pas na het trauma van 15 juli is afgekomen met een lawine aan horrorverhalen over het Gülen-netwerk, dat in het Westen nogal geliefd is. Hadden ze voorheen misschien andere prioriteiten qua beeldvorming over de complexe Turkse realiteit in het Westen? Hebben ze zich op 15/7 een hoedje geschrokken, én van deze gebeurtenissen, én van de grote invloed van de Gülenbeweging over westerse opiniemakers, waar zij door hun tactische stilzwijgen toe bijgedragen hadden? Willen ze nu aan de noodrem trekken?
AKP-Gulen alliantie
De voornaamste discussiepunten tussen de oppositie en Erdogan gaan niet meer over de verantwoordelijkheid van wat ze samen de “Fethullah Gülen Terroristische Organisatie” (FETÖ) noemen. Ook het principe van een doorgedreven vervolging is geen discussiepunt meer. Wel hebben ze problemen met 1) de verantwoordelijkheid van Erdogan en zijn AKP tijdens de jaren van de AKP-Gülen-alliantie om de beweging binnen de staat zo groot te hebben gemaakt, en 2) de als zwaar overdreven aangevoelde intensiteit en breedte van de repressie. Beide vind ik heel legitieme vragen. Maar als de gemeenschappelijke regerings- en oppositieanalyse over de ware aard van de beweging klopt, kunnen we er ook niet omheen dat lidmaatschap van overheidsfunctionarissen ernstige risico’s kan inhouden. De realiteit die gerespecteerde oppositie-intellectuelen, aangaande de ‘parallelle staat’ schetsen is duizelingwekkend. Het gaat over de infiltratie van duizenden, die de orders van hogere ‘imams’ zouden volgen. Zij achten dit bewezen. Bovendien is er de openlijke westerse politieke steun aan dit netwerk, die nu ook door gevierde secularistische journalisten wordt aangeklaagd.
Andere opposanten
Zelf geloof ik echt niet dat uit de vervolging, ontslag en schorsing van vele tienduizenden iets goeds kan komen. Men moet op basis van bewijzen focussen op de echte criminelen. Als deze kritische analyses kloppen, zou ik de anderen eerder zien als slachtoffers, mensen die misleid zijn. Van hen moet je de harten en geesten winnen, door als overheid democratisch en verzoenend te zijn, en als rechtsstaat het goede voorbeeld te geven – vanuit de wetenschap dat naast de Gülenisten ook andere krachten in Turkije al zware fouten tegen democratie en rechtsstaat hebben gemaakt. Ik zou ook graag willen weten of in de nasleep van de coup nu ook andere opposanten dan Gülenisten en PKK-gezinden worden geviseerd, bijvoorbeeld Atatürkgezinden en andere secularisten. Dit zou haaks staan op de fragiele maar reële toenadering tussen AKP en de secularistische CHP, de grootste oppositiepartij (ook een belangrijk proces dat weinig aandacht krijgt).
Geen kritische artikels over Gulen
In Vlaanderen wordt het Gülenistische denkspoor nog altijd niet serieus genomen. Overigens is er bijna nooit iets wezenlijk kritisch over die organisatie verschenen. Ook de laatste weken heb ik veel verbloemende en zelfs ronduit steunende artikels gezien. In Nederland is dat aan het veranderen. Toen al die Gülen-kritische Turkse journalisten en analisten tegen Erdogan schreven, kregen ze in Vlaanderen wél een groot forum (wat op zich uiteraard geen probleem is). Misschien moeten Vlaamse journalisten en opiniemakers hierover met hen toch eens de dialoog aangaan.
“kritische oppositiekrant”
Hier wil ik opmerken dat de Turkse oppositieconsensus er ook in de internationale Angelsaksische pers niet goed door komt. Het Vlaamse stilzwijgen heeft daar wellicht ook iets mee te maken. Als de grote jongens het niet brengen, bestaat het niet, redeneren velen. Wat is de reden dat zij het niet brengen? De facto dumpen ze op die manier Turkse journalisten en mediagroepen die ze zelf altijd op handen gedragen hebben, ten voordele van de volgelingen van de prediker uit Pennsylvania, die ze de voorbije drie jaar ook een onwaarschijnlijk gunstige pers gegeven hebben. (De Gülenistische krant Zaman werd bij de brutale overname in maart jl. door grote internationale pers bv. een “kritische oppositiekrant” genoemd, zonder meer. Procureurs die ze vroeger Gülenisten noemden en met het wereldrecord journalisten in verband brachten, werden plots helden toen ze Erdogan en zijn familie in de bak wilden draaien. Over die vroegere dossiers werd bijna nooit nog gerept. Ze kregen een nieuwe identiteit.)
Ik vind het eigenlijk niet zo netjes dat deze Turkse oppositieconsensus en bijhorende argumentatie al vijf weken plus 3 jaar wordt stilgehouden. Dit heeft grote gevolgen voor ons debat. En meer en meer ook directe, ernstige gevolgen voor de weinige Vlaamse publieke tegenstemmen, die zich op basis van hun bevindingen niet zomaar naar de Vlaamse politieke en mediaconsensus willen plooien. Ondanks de vele fouten en grove weglatingen in de eigen publicaties over Turkije (ook in het voordeel van terreurorganisaties), is vanuit een Vlaamse krant het eerste telefoontje naar een rector al gepleegd, die gelukkig antwoordde dat “geen disciplinaire maatregelen genomen moeten worden.”
Ik vind dat de gespannen sfeer rond dit onderwerp zo stilaan mag ophouden. In alle richtingen gaan totaal ongepaste en onnodige beledigingen en vernederingen. Onderbouwd, respectvol, doch pittig debatteren is uiteraard nooit een probleem. Excuses mocht ik hieromtrent ooit zelf onduidelijk geweest zijn. Los daarvan is het intrigerend te zien hoe een geopolitiek event duizenden kilometers hier vandaan bij ons de gemoederen zo verhit en vele persoonlijke levens binnensluipt. Dat is mondialisering, we leren er maar beter goed mee om te gaan.