Turks president Erdogan en een leerling.

Jongeren zijn meer geneigd om zich van islam te keren en zien zichzelf als minder religieus vergeleken met voorgaande generaties.

De 22-jarige Esra, afkomstig uit Mersin, is deze ramadan nog meer verveeld als gewoonlijk. Universiteiten in Turkije zijn momenteel gesloten en de overheid heeft de ongewone stap gezet om zowel 65-plussers als personen jonger dan 20 onder huisarrest te plaatsen. Voornamelijk omdat veel Turkse huishoudens bestaan uit personen van verschillende generaties.

Als gevolg kan Esra haar vrienden niet meer zien of bezoeken. Daarnaast voelt ze zich door het huisarrest nog meer geconfronteerd met de religieuze restricties die haar vrome ouders opleggen.

Zo vertelt ze aan The Guardian dat haar ouders in normale omstandigheden geen idee hebben hoe ze zich kleed, maar nu “geven mijn ouders me zelfs commentaar wanneer ik strakke jeansbroeken draag. Bovendien denken ze ook dat ik vast, maar ik heb een fles water in mijn kamer staan.”

Tieners in Izmir

Ondanks de langdurige inspanningen van president Erdogan en de AKP om een generatie vrome Turken op te voeden, lijkt het erop dat de jongere generaties zich juist afkeren van het geloof.

Terwijl Mustafa Kemal Atatürk religie uit het openbare leven verbande en een seculiere, pro-westelijke republiek creëerde die brak met het Ottomaanse verleden, heeft Erdogan honderd jaar later Turkije weer op een meer religieus en sociaal conservatief pad gebracht. Met als doel een “religieuze generatie” te creëren die “zal werken aan de opbouw van een nieuwe beschaving”. Oppositieleden gaven president Erdogan hierdoor de bijnaam “kalief in afwachting”.

Zo heeft hij het aantal religieuze Imam Hatip humaniora’s verdriedubbeld, verhoogde hij gestaag de financiering van het directoraat voor Religieuze Zaken en heeft hij ten slotte de macht van mukhtars vergroot. Deze mukhtars zijn lokale gemeenschapsleiders die doorgaans een vromer gedachtegoed verspreiden.

Recente studie

Ondanks deze inspanningen suggereert een recente studie van de Sakarya Universiteit die gefocust is op religieuze curricula in het Turkse schoolsysteem, andere evoluties. Zo weigeren studenten de verplichte godsdienstlessen, het overheidsproject ‘religieuze generatie’ en zelfs het concept religie an sich te accepteren.

Bijna de helft van de leerkrachten die werden geïnterviewd voor de studie meldden dat hun studenten eerder geneigd zijn om zichzelf als atheïst, deïst of feminist te beschrijven en de interpretatie van de islam zoals die op school wordt aangeleerd in vraag te stellen.

Daarnaast wijzen enquêtes, georganiseerd door Konda Agency in 2019, uit dat personen tussen de 15 en 29 zichzelf minder als “religieus conservatief” identificeren in vergelijking met oudere generaties. Bovendien vinden ze zichzelf minder religieus vergeleken met dezelfde leeftijdscategorie een decennium geleden. Deelnemers melden dat ze niet noodzakelijk hun haar bedekken, regelmatig bidden of vasten tijdens de Ramadan.

Terwijl in 2008 32% van de deelnemers zichzelf nog beschreef als religieus conservatief werd er in 2019 een daling van 7% vastgesteld. Ook het aantal personen dat zegt deel te nemen aan de Ramadan daalde, van 77% naar 65%.

De trend die bij jongere generaties wordt vastgesteld is niet alleen te merken in Turkije maar in veel geïndustrialiseerde landen. Sommigen beginnen zich af te vragen of dit niet het gevolg is van bijna twee decennia beleid van de AKP, waarin men getracht heeft de politieke islam naar voor te schuiven.

Ten slotte bleek uit de enquête dat er in Turkije over het algemeen slechts een lichte daling is vastgesteld in het aantal gelovigen. Desondanks kunnen zelfs kleine maatschappelijke veranderingen in een land waar ongeveer de helft van de 82 miljoen inwoners jonger is dan 30, een dramatisch effect hebben op toekomstige politieke ontwikkelingen.

The Guardian

O.A.