Minder dan twee weken voor de nieuwe verkiezingen in Istanbul komt er een opmerkelijke verandering in de strategie van de regerende Partij voor Rechtvaardigheid en Ontwikkeling (AKP). Eerst was de AKP van plan om de verkiezingscampagne te intensifiëren na het Suikerfeest, met een extreem grote betrokkenheid van president Recep Tayyip Erdoğan.
Sommige berichten suggereerden dat Erdoğan persoonlijk campagne zou voeren in bijna elk district van Istanbul, om steun te zoeken voor Binali Yıldırım, de AKP-kandidaat. Nu is er echter een nieuw plan, waarin Erdoğan minder in beeld komt in Istanbul, maar waarin de campagne wordt gevoerd samen met Devlet Bahçeli, de voorzitter van de Nationalistische Partij (MHP).
Bahçeli had ook gezegd dat hij na de vakantie in Istanbul zou zijn om Yıldırım te steunen, maar is blijkbaar van gedachten veranderd.
Eén van de redenen voor deze verandering is de volgende. Bij de AKP is men ervan overtuigd dat Ekrem İmamoğlu, de kandidaat van de Republikeinse Volkspartij (CHP, de grootste oppositiepartij) de verkiezingen probeert voor te stellen als een strijd tussen hem en Erdoğan en daar zijn voordeel mee wil doen. Daarom probeert de AKP İmamoğlu tegen te werken door Erdoğan uit beeld te houden.
Een andere reden zou kunnen zijn dat de peilingen niet zo gunstig uitpakken voor de AKP. In de peilingen doet İmamoğlu het nog steeds beter dan Yıldırım, en dus wil de AKP Erdoğan behoeden voor mogelijk gezichtsverlies.
Verdiensten als voormalig minister van Transport
In een sfeer waarin Erdoğan minder op de voorgrond treedt, focust de AKP op de kalme, gematigde figuur van Yıldırım. In zijn campagne legt hij regelmatig de nadruk op zijn verdiensten als voormalig minister van Transport en het grote project dat hij toen verwezenlijkte.
Onlangs gaf de AKP toestemming aan Yıldırım om een live tv-debat te voeren met İmamoğlu. Ook dat gebaar moet in dezelfde context gezien worden. De laatste keer dat er nog zo’n tv-debat plaatsvond, was tussen Erdoğan en voormalig CHP-voorzitter Deniz Baykal, voor de nationale verkiezingen van 2002. Sindsdien bestond er een ongeschreven regel die AKP-leden verbood om samen op tv te komen met vertegenwoordigers van rivaliserende politieke partijen.
Bovendien, en tegelijkertijd, wordt er grote moeite gedaan om de positieve indruk, die İmamoğlu maakt sinds zijn nominatie voor de CHP in Istanbul, te ontkrachten.
Daarnaast blijven Yıldırım en andere hooggeplaatste AKP-leden inspanningen leveren om de conservatieve Koerden, zowel in Istanbul als in de zuidoostelijke provincies van Anatolië, aan hun kant te krijgen. Onlangs bracht Yıldırım een bezoek aan Diyarbakır. Daar nam hij de woorden ‘Koerdistan’ en ‘Lazistan’ in de mond. Dat lokte felle reacties uit, vooral bij de MHP.
“Er bestaat geen Koerdistan of Lazistan in Turkije,” schreef Bahçeli op 10 juni op Twitter, als onrechtstreeks antwoord op Yıldırım. Bahçeli zei ook dat hij niet zal kijken naar het tv-debat tussen İmamoğlu en Yıldırım, omdat men voor de journalist İsmail Küçükkaya heeft gekozen als moderator. Maar de echte reden van Bahçeli’s uitspraak, zo wordt algemeen aangenomen, is zijn woede jegens Yıldırım om diens uitspraken over “Koerdistan”.
carte blanche
Bij de CHP lijkt het erop dat men er vertrouwen in stelt dat İmamoğlu opnieuw zal winnen, ditmaal met een grotere voorsprong. Kılıçdaroğlu mengt zich niet al te veel in de campagne en geeft İmamoğlu carte blanche. Maar een groot deel van de parlementsleden van de CHP is al naar Istanbul afgezakt om mee campagne te voeren.
Eén van de hoofdthema’s van hun verkiezingscampagne blijft de eerdere overwinning van İmamoğlu, die door de Hoge Raad voor de Verkiezingen (YSK) ongeldig werd verklaard. Men probeert in te spelen op het rechtvaardigheidsgevoel in de harten van de kiezers van Istanbul.
Uit de verkiezingsuitslag op 23 juni zal blijken welke strategie het meeste vruchten afwerpt.
