De Majestic H.M.S is een koninklijk slagschip van de Britse koninklijke marine. Tijdens de Eerste Wereldoorlog is het gezonken voor de kust van Gallipoli, in de provincie Çanakkale in het noordwesten van Turkije. Nu komt er een project waarbij het wrak gebruikt zal worden voor duiktoerisme.
De bedoeling van het project is om van Gallipoli een openluchtmuseum te maken. Het wordt gedragen door het bestuur van het historische gebied Gallipoli in samenwerking met de gouverneur van Çanakkale.
İsmail Kaşdemir is president van het historische gebied Gallipoli. Hij volgt al een hele tijd de werkzaamheden in beschermde oorlogsgebieden over de hele wereld op de voet. Hij benadrukt dat de historische site van Çanakkale één van de best bewaarde oorlogsgebieden is.
Kaşdemir noemde het project een historische stap vooruit. Het zal ons helpen om vanuit een ander perspectief naar de overwinning van het Ottomaanse keizerrijk (in de zeeslag bij Çanakkale) te gaan kijken, zegt hij.
Het wetenschappelijk onderzoek op het scheepswrak is intussen afgerond. Nu zal het gebied ook voor sportduikers toegankelijk gemaakt worden.
De H.M.S Majestic is gezonken met een bemanning van 49 opvarenden. Dat gebeurde toen de geallieerden, Frankrijk en Engeland, in maart 1915 een doorbraak probeerden te forceren via de Dardanellenstraat. Bedoeling was om de Ottomaanse hoofdstad Istanbul in te nemen en een veilige zeeroute te creëren voor Rusland, het derde lid van de Alliantie.
Toen het op deze manier niet lukte om de Ottomaanse troepen, die veel talrijker waren, te verslaan, gingen de geallieerden met hun marinetroepen aan land in Gallipoli. Op deze manier slaagden ze er wel in om de meerderheid van de troepen, die daar gestationeerd waren, uit te schakelen. Toch konden de Ottomanen zich nog maandenlang aan dit relatief klein stukje land vastklampen. Pas in december 1915 konden de geallieerden het gebied volledig evacueren.
De slag bij Gallipoli eiste een zware tol langs beide kanten. De geallieerden verloren in totaal 16.000 soldaten. Het aantal slachtoffers langs Ottomaanse kant loopt op tot 65.000, volgens Turkse bronnen, maar het exacte aantal is nog steeds niet gekend.