Het Amerikaanse ministerie van Financiën heeft de Turkse ministers van Binnenlandse Zaken en Justitie geschrapt van de lijst opgemaakt bij de Magnitsky Akte, met alle sancties die wereldwijd van kracht zijn. Dat schreef het persagentschap Reuters op vrijdag.
Washington had sancties uitgevaardigd tegen minister van Justitie Abdulhamit Gül en minister van Binnenlandse Zaken Süleyman Soylu. De aanleiding daarvoor was het feit dat Turkije de Amerikaanse predikant Andrew Brunson had gearresteerd.
Amerikaanse beslissing
Als tegenreactie tegen de Amerikaanse beslissing had Turkije dan weer sancties uitgevaardigd tegen de chef van de Nationale Veiligheid Kirstjen Nielsen en procureur-generaal Jeff Sessions.
De relaties tussen Turkije en de Verenigde Staten waren de afgelopen maanden verzuurd door het proces dat in Turkije tegen Brunson werd gevoerd op verdenking van terrorisme.
De Evangelische Verrijzeniskerk
Brunson heeft 20 jaar lang gewerkt als predikant voor de Evangelische Verrijzeniskerk in de stad Izmir. In augustus 2016 werd hij gearresteerd, omdat hij banden zou hebben met de PKK en met de Gülenistische Terroristische Groepering (FETÖ). Dat was ook de groep die achter de poging tot staatsgreep zat op 15 juli 2016.
De predikant werd veroordeeld tot drie jaar, een maand en 15 dagen cel, maar mocht meteen de gevangenis verlaten omdat hij al voldoende tijd in voorhechtenis had gezeten. Diezelfde dag nog keerde hij terug naar de VS en werd door president Trump ontvangen op het Witte Huis.
