De handelsbanden tussen Turkije en de Iraakse Koerdische Regionale Overheid (KRG) mogen niet worden getroffen door het recente onafhankelijkheidsreferendum, vertelde minister van Economische Zaken Nihat Zeybekci aan dagblad Hürriyet. “De huidige stand van de economische betrekkingen is ‘business as usual’ te noemen.”
“Tijdens de crisis met Rusland in 2015, was [het beperken van] handel het eerste wat ze deden. Ze hebben geprobeerd om door middel van handel Turkije een lesje te lezen. Dit was heel verkeerd. Ik vind het niet juist om deze fout te herhalen [tegen de KRG]”, zei Zeybekci op 26 september.
Zeybekci benadrukte dat het kabinet geen beslissingen heeft genomen over sancties tegen de KRG, in zijn laatste vergadering op 22 september. Hij zei dat spreken over ‘economische embargo’s’ gevaarlijk is voor een land als Turkije, dat een centrum in de regio wil worden voor financiën en handel.
“Als onze nationale belangen ons ertoe verplichten anders te handelen, dan zullen wij als ministerie van Economische Zaken daarmee overeenkomstig optreden. Maar onze huidige reflex als ministerie is ervoor te zorgen dat onze handel verder gaat als ‘business as usual’. Op de laatste kabinetsvergadering werd geen besluit genomen waardoor wij deze visie moesten veranderen [wat betreft de handel met de KRG]”, zei hij.
Zeybekci verklaarde ook dat het kabinet niet heeft besloten om de enige grensovergang tussen Turkije en de KRG, de grenspoort van Habur, te sluiten.